In het grafisch kabinet van het Falkenhof Museum Rheine nodigen documenten en voorwerpen uit zes eeuwen de bezoekers uit om de mensen te leren kennen die zout produceerden en van de zouthandel profiteerden

En opnieuw staat een Twents theaterspektakel in de steigers: Van Katoen en Water. Een stadmusical uit de pen van Laurens ten Den, met Almelo in de hoofdrol. Aanleiding is 600 jaar stadsrechten. Nou ja, een slordige 600 jaar, want het zijn er twee meer. Het gebeurt allemaal vanaf 25 augustus, op het Indiëterrein waar zo’n 9000 bezoekers worden verwacht. “Het succes van deze grootse Twentse theaterproducties straalt af op de hele streek.”
Na Van Katoen en Nu (2014) en Het Verzet Kraakt (2017) maakt Almelo zich op voor zijn derde stadsmusical: Van Katoen en Water. Twente heeft er zin in. Zo’n 170 enthousiaste theateramateurs van eigen bodem kwamen opdraven voor de auditie die 1 mei werd gehouden. Van Katoen en Nu wordt door Laurens ten Den omschreven als ‘de moeder van alle grootse Twentse theaterproducties-op-locatie’. “Toen is een van-voor-doorcultuurtje gekweekt, met name rond Almelo. In de sfeer van ‘daar wil je bij horen’ is een enthousiaste en hechte groep vrijwilligers ontstaan.”
Ei kwijt
Professionele theaterartiesten en amateurs met toneel- en/of musicalervaring werken samen in één productie. “Amateurs-van-eigen-grond brengen authenticiteit in en enorme betrokkenheid. Professionals hun expertise. Dit werkt overstijgend. Ze tillen elkaar op”, schetst Laurens. Ook André Manuel heeft dat in Van katoen en Nu ervaren. “Dat gaat gewoon vanzelf. Als je rekening houdt met wat iedereen kan, de amateurs het vertrouwen geeft en zelf flink je best doet, dan lukt het. Je doet het samen, versterkt elkaar”, vertelt hij. “Het is niet de grote Laus Steenbeeke-, Laurens ten Den- of André Manuelshow. Iedereen moet zich prettig voelen, zijn ei kwijt kunnen. Alleen zó kunnen we dit soort theaterproducties blijven maken.” Meestal staat André Manuel in zijn uppie op het podium, overal in den lande. “Ik doe van alles, muziek én theater. Heb nooit kunnen kiezen”, zegt hij. “Met een groot gezelschap is hartstikke leuk. En veilig. De verbinding, dat vind ik het mooie ervan. Dus toen ze me vroegen voor Van katoen en Water zei ik gelijk ‘joa’.”
Lef
Het overweldigende succes is mede te danken aan theatermaker Gerard Cornelisse van het Enschedese Wilminktheater. Een Amsterdammer notabene die voor de liefde naar Twente kwam. “Waarschijnlijk met het idee ‘hier zal wel niets gebeuren’”, vermoedt Laurens. “Gerard is van de streek gaan houden. Hij was nogal verrast door de goede dingen die hij zag: échte verhalen, creatieve makers, mooie mensen. Voor wat wij niet aandurfden, had Gerard wél het lef: gróót aanpakken. ‘Een tribune voor duizend man? Jullie zijn gek!’ Maar hij deed het.” André: “In Twente heb je het voordeel dat er veel vrijwilligers beschikbaar zijn. Hier staan ze gelijk klaar om mee te doen. Op de bühne en achter de coulissen. Bediening, hand- en spandiensten, bewaking, artistiek. Daarin verschillen de Twentse en de westerse mentaliteit. Twente heeft heel wat in zijn mars. We zijn hier gewoon te bescheiden.” Hanna van Hendrik, De Boerenopstand, Van Katoen en Nu, Het Verzet Kraakt, deze Twentse theater-op-locatieproducties zijn massaal bezocht. “Allemaal échte verhalen uit de streek, daarin zijn mensen geïnteresseerd”, weet André. “En het is laagdrempelig. Theater of schouwburg, daar hangt voor sommigen het kaartje ‘veur sjieke leu’ aan. Hier ga je gewoon op een tribune zitten. ’t Kost ni al te völle. En ’t ett’n he’j d’r bie.”
Roerig
Uitgangspunt voor de nieuwe stadmusical is het kruispunt van water en wegen, daar waar Almelo is ontstaan. “Het laagste punt van Twente, het afvoerputje. Maar wel de reden dat zich handel ontwikkelde. Water is heel belangrijk voor de geschiedenis Almelo. Net als de textielindustrie. Vandaar de titel”, laat Laurens weten. Almelo kent een roerige geschiedenis, met veel invloeden. De Fransen, Pruisen, de industrialisatie, de bloei en teloorgang van de textiel. “En altijd was er de strijd om het bestaan. Door de eeuwen heen is er steeds welvaart geweest. Tegelijkertijd had een groot deel van de bevolking het heel moeilijk. ‘Wat er ook gebeurt, er is altijd noaberschop en zorg’, dat is typisch Almelo. Het is vallen, elkaar helpen met opstaan en védan! Dit is de rode draad in Van Katoen en Water.”
Eerbetoon
Voor de eerste stadsmusical, Van Katoen en Nu, was destijds al een schat aan historische gegevens verzameld, met name door Hans Holtmann. Een bevlogen Almelose historicus, type wandelend stadsarchief. “Hij heeft ons toen enorm geholpen!”, benadrukt Laurens. “Helaas is Hans in 2019 overleden. Van Katoen en Water is een eerbetoon aan hem. De luxe van véél geschiedenisfeitjes vormde meteen ook een uitdaging”, vervolgt hij. “Wat is nou typisch Almelo? En hoe prop je dit in een stadsmusical van anderhalf uur? Want vooraf gaan we samen eten. Dat hoort ook bij de voorstelling. Sámen een mooie avond beleven, dát is ons doel.”
Rechtspraak
Zo vormt de rechtspraak, als basis voor het verkrijgen van stadsrechten, een thema in de stadsmusical. Dan gaat het al gauw over de familie van Rechteren Limpurg. En over de invoering van burgerrecht, de reden dat Almelo een rechtbank heeft. Verder wordt onder meer de industrialisatie belicht, van huisvlijt naar stoom. En de grote overstroming van 1946. Maatschappijkritisch? Zo wil Laurens ten Den zijn stadsmusical niet omschrijven. “Nee, ik ben meer van het laten zien van het hele verhaal. Belicht vanuit alle perspectieven, zónder oordeel. Juist om het beter te laten snappen. Neem de rechtspraak. Die was altijd voorbehouden aan de adel. Met de komst van de Fransen kreeg het volk de rechtspraak in handen. Maar toen de Pruisen hier de baas waren, pakte de adel de macht weer terug. Vanuit hun context is dat voorstelbaar. Want zij hadden toch eeuwenlang een aardig functionerend rechtssysteem overeind gehouden? Mét kanttekeningen, maar toch… De andere kant van het verhaal is het burgerrecht, dat opkomt voor het volk”, legt hij uit. “Opvattingen over dit soort thema’s veranderen, in de wetenschap van dát moment.”
Vier smaken
In Van Katoen en Water heeft Laurens ten Den vier verschillende smaken verwerkt. “Smaak één: een musical, liedjes dus. Met een bandje, een orkest, musicalacteurs en een koor. Ten tweede: toneelspel, acteren. Daarvoor is Laus Steenbeeke aangetrokken. Als Bertus, de gepensioneerde stadsarchivaris van Almelo die op zijn sterfbed ligt, zet hij een mooi verhaal neer. Hij verstaat de kunst je mee te nemen in een gevoel, kan diepere lagen spelen. Smaak nummer drie: dat zijn wij, André Manuel en ik. Wij beschouwen alles van de buitenkant en maken de verbinding met het publiek. Wij voegen humor toe, een cabaretesk sfeertje, authenticiteit. De vierde smaak, dat is een Almeloos ensemble, een gróte samenwerking. Veel smaken dus, aantrekkelijk voor een breed publiek, ook niet-Almeloërs. Want de verhalen die we vertellen zijn authentiek, maar ook weer universeel.”
Zoon van dit land
Een Twentse productie, dan vraag je al gauw Laus Steenbeeke erbij zegt André. “Hij heeft hier zijn wortels, is een zoon van dit land.” Laurens knikt: “Laus kent de taal en de cultuur van de streek.” De doodzieke stadsarchivaris leeft op herinneringen. “Bertus kijkt terug op zijn eigen leven, zijn persoonlijke historie, en weeft er de geschiedenis van Almelo doorheen. Hij weet álles over de stad. In zijn fantasie heeft hij de afgelopen 600 jaar zelf beleefd.” Dwars door het verhaal bewegen zich de verwikkelingen tussen André, de landman, en Laurens de waterman. Het tweetal verbeeldt de broers van de stadsarchivaris die niet aan diens sterfbed verschijnen (of toch…?). “Wij maken contact met het publiek, laten de mensen participeren. Of ze ook iets terug mogen zeggen? Ja, één keer!”, grapt André. De stadsmusical eindigt in een ontroerend ontknoping. “Maar dat gaan we niet verklappen!”
Indië
De nieuwe stadmusical – een productie van het Wilminktheater, Muziekcentrum Enschede en het Theaterhotel – speelt zich af op het Indiëterrein. “Dat was in de vergetelheid geraakt. Een zwart gat. Toen wij daar Van Katoen en Nu gingen spelen werd het er hip, weer van deze tijd”, aldus Laurens. “Oude panden die zijn blijven staan en moderne nieuwbouwhuizen maken Indië tot een bijzondere wijk, met behoud van de geschiedenis.” André vindt het jammer dat de oude loodsen van toen zijn verdwenen. “Dat gaf wel een bepaald sfeertje dat mij erg aanspreekt. Maar dit keer spelen we op een drijvend podium en langs de waterkant. Oók heel mooi.”
Lachen om jezelf
“Een boodschap? Verhalen, daar zit altijd een boodschap onder. Maar dat is geen doel op zich”, stelt Laurens. “Wel houden we mensen een spiegel voor. Dat zit ‘m in kleine dingetjes. Daarom hebben we Laus erbij. Hoe hij speelt, dat geeft altijd herkenning. Je kent het van je vader, je broer, je buurman. Dat begrijpen de mensen. Die spiegel zit ‘m ook in humor, een grap waar je om lacht. Lachen om jezelf, dan kun je het leven beter aan.”